BJORN BERGE - TILBURG - 05/11/11

Artiest info
Website  
 

TILBURG - 05/11/11

Recensie

 

Proficiat met de nieuwe cd. De meeste recensies zijn uiterst lovend. Ik veronderstel dat je gelukkig bent?
Natuurlijk ben ik gelukkig. Artiesten rekenen op goede recensies. De gevestigde waarden verkopen sowieso volop, maar als je niet zo gekend bent, dan moet je de aandacht van het publiek trekken met goede recensies. Dus ja, ze zijn héél belangrijk.
Kan je er nog iets van leren?
Je kan niet echt leren uit recensies, want standpunten verschillen nu eenmaal. In Noorwegen bijvoorbeeld zijn er bepaalde kranten die houden van mijn hardere cds, en anderen houden dan weer van de rustigere. Ik kan moeilijk twee versies maken en die dan aan de verschillende kranten uitdelen. Hoe dan ook, ik maak geen cds voor de recensenten, ik doe gewoon mijn eigen ding. Ik heb enkele vrienden aan wie ik mijn songs kan voorleggen. Maar ook weer niet teveel, anders weet je op den duur niet meer wat je aan het doen bent.

Twee jaar geleden vertelde je ons, en ik citeer 'Voor de opnames van 'Fretwork' had ik eindelijk het lef om in een andere stijl op te nemen. Dat was niet eenvoudig, want de mensen verwachten dat ik harde nummers speel, zoals op mijn vorige albums. Maar ik ben ondertussen de veertig gepasseerd, en vond het hoog tijd ook eens mijn zin door te drijven.' Ben je nog steeds gelukkig met die beslissing?
Wat ik toen bedoelde, was dat ik me vrijer voelde toen ik 'Fretwork' opnam. Ik dacht niet teveel na over structuren en tempo's tijdens het spelen van de songs. Op mijn vorige albums probeerde ik altijd hetzelfde tempo aan te houden gedurende een volledige song. En dat is niet altijd eenvoudig, want een mens is geen machine. En al helemaal niet als je alleen speelt, zoals ik. In een groep is dat makkelijker, dan kan je op elkaar vertrouwen. 'Blackwood' heb ik op dezelfde manier opgenomen als 'Fretwork'. 
Twee jaar geleden vertelde je ook dat 'Fretwork' je beste cd ooit was. Vergelijk 'Blackwood' eens met 'Fretwork'.
Ze zijn moeilijk met elkaar te vergelijken, want voor 'Fretwork' heb ik met verschillende muzikanten gewerkt.  'Blackwood' heb ik zo goed als alleen opgenomen. Maar als ik ze toch moet vergelijken, zou ik zeggen dat 'Blackwood' een meer 'bewerkt' album is. Ik had deze keer heel wat liedjes om uit te kiezen. Bij 'Fretwork' had ik enkel de liedjes die op de cd verschenen zijn. Dat was alles. Als je gedurende een langere periode aan een cd werkt, en je hebt heel wat materiaal, dan kan je verschillende 'test'albums samenstellen om te zien hoe de songs samengaan. Vooraleer ik naar de studio ging, had ik sommige liedjes ook al live uitgetest. Zo ontdek je vlug wat werkt en wat niet. Als de artiest hetzelfde gevoel heeft bij een lied als het publiek, is het bijna een 'aha erlebnis'. Ik tracht niet teveel na te denken, maar probeer bij elke nieuwe cd beter te zingen, beter te spelen en betere songs te maken. Dat is heel belangrijk voor mij. Daarom denk ik dat 'Blackwood' beter is. Achteraf spijt hebben over een cd vind ik heel moeilijk. Natuurlijk zijn er vorige cds, die ik nu anders zou aanpakken. Op 'Bag of Nails' en 'We're gonna groove' ben ik nog steeds heel fier, maar bij sommige andere cds ben ik niet meer zo tevreden over het geheel. Wel de songs apart, maar niet meer het geheel. Of de manier waarop ik ze soms speel.

Je begon als bluesartiest, maar in de loop van de jaren is je stijl geëvolueerd. Hoe zou je jezelf omschrijven? En voor welke andere genres heb je een zwak? 
Ik sta nog altijd met één voet in de tradionele akoestische blues. Ik voel me meer aangetrokken tot akoestische blues dan elektrische blues, al hou ik ook van SRV en Hendrix. Maar het akoestische geeft me toch dat tikkeltje meer. Ik probeer ook te luisteren naar andere muziek, ik noem het 'kwaliteitsmuziek', maar kwaliteit is natuurlijk zeer subjectief. Met mijn andere voet sta ik in de meer hedendaagse muziek. Ik ben een grote fan van John Butler. We zijn ongeveer gelijktijdig begonnen. Ik luister ook naar rock muziek, zowel oudere als de meer hedendaagse. De nieuwe bands zijn vaak beïnvloed door muziek uit de jaren 70. Momenteel heb ik niet echt veel favoriete bands. De eerste cd van de Black Keys vond ik werkelijk fantastisch, en dan zijn er natuurlijk nog de White Stripes. En Audioslave, Rage Against The Machine, Metallica etc. Onlangs hoorde ik ook Rival Sons, en die vond ik wel redelijk goed. Ze gebruiken het beste van de jaren 70, de jaren 90 en wat er nu de ronde doet, en maken er hun eigen ding mee.

Vorig jaar werkte je samen met 'Tramas&Nobadi', een jonge hiphopgroep uit Haugesund (te vinden op Youtube met 'My Brother, where are you?'). Hoe heb je hen ontmoet?
Wel, da's een heel interessant verhaal. Na de uitstekende recensies voor 'Fretwork', ging ik samen met enkele vrienden op restaurant. Aan een tafeltje naast ons waren Tramas&Nobadi aan het vieren, omdat ze eindelijk de financiën rondhadden voor hun eerste cd. We raakten aan de praat, en omdat ze weten dat ik een grote fan ben van Everlast, vroegen ze of ik niet wou meewerken aan hun cd. Enkele maanden later kreeg ik een demo van het lied. Ik vond het echt wel goed, dus ging ik naar de studio, en speelde het in. Ze wilden ook dat ik erop zong, wat ook best cool was.

Eventjes terug naar 'Blackwood'. De teksten op de cd zijn vaak melancholisch en somber. Vond je het nodig om bepaalde emoties van je af te schrijven? Zoals in 'Once Again'.
Ik weet niet wat er precies gebeurde. Toen ik aan de cd begon te werken, had ik niet echt 'iets' waar ik over wou schrijven. Vorig jaar is mijn broer gestorven. Hij leed aan kanker, en stierf redelijk onverwacht door de bijwerkingen van zijn medicijnen. Misschien speelde dat mee toen ik aan de cd werkte? Het was zeker geen bewuste keuze, en ik begon het mij pas te realiseren toen de recensenten zeiden dat deze cd melancholischer was dan de vorige. Ik hou er niet echt van om teksten te schrijven, want dan voel ik mij naakt, maar ik schrijf wel graag droevige songs en melancholische melodieën, omdat die zo mooi klinken op gitaar. Zelf ben ik niet zo'n droevig persoon. Normaalgezien geef ik mezelf ook niet bloot, maar het is gebeurd. De mensen die mij kennen en weten wat er in mijn familie gebeurd is, begrijpen het wel. Mijn neef was heel trots dat ik de cd aan zijn vader heb opgedragen. Wat er ook van zij, de eerste tekst die ik schreef was voor 'Those Days', en die is dan weer grappig, ik ga terug naar mijn jeugd. Het begon dus allemaal redelijk optimistisch.
Zou je graag de klok terugdraaien?
Natuurlijk, maar dan wel met alle ervaring die ik nu heb. Ik zou mijn carrière helemaal opnieuw beginnen, en ik zou weten wat ik exact moet doen. Op muzikaal vlak zou het cooler geweest zijn om meer ervaring te hebben. Misschien zou ik wel een andere richting zijn uitgegaan, al weet ik niet direct dewelke. In het begin van mijn carrière bracht ik elk jaar één album uit, zodat alles bleef draaien. Ik stond helemaal niet onder druk, ik vond het zelf leuk, want iedereen zei 'hij is jong en verfrissend'. Dus ik bleef maar produceren.

Heb je een speciaal plaatsje waar je je songs componeert?
Ik zit gewoon thuis, in mijn relaxzetel, en kijk naar soapseries. Echt waar! Ik zit gewoon wat te knoeien met mijn gitaar. Ik kijk niet echt naar de tv, die series dienen enkel als achtergrond. En als ik een idee heb, zet ik het geluid af en neem het op, ofwel ga ik naar mijn bureel en neem het daar op. Daarna kan ik eraan werken. Ik kan oefenen in mijn bureel, maar neerzitten en zomaar beginnen te spelen, dat werkt niet. Behalve als ik aan mijn teksten werk, dan moet ik helemaal alleen zijn. En ik werk altijd overdag. Ik ben ook wat bijgelovig. Ik schreef de teksten van 'Fretwork' met één en hetzelfde potlood. Net zo bij 'Blackwood'. Ik heb 'Fretwork' opgenomen in januari, en omdat de eerste opnamesessie zo goed ging, heb ik tijdens de volgende sessies altijd dezelfde jas gedragen. 'Blackwood' is ook in de winter opgenomen. Wat ik ook nooit doe, is gitaarsnaren vervangen in de studio. Dat doe ik thuis. Ik heb dat altijd zo gedaan. Als ik mijn snaren moet vervangen tijdens een opnamesessie, dan neem ik gewoon een andere gitaar en speel een ander lied. 's Avonds neem ik dan de gitaar mee naar huis, en daar vervang ik de snaren. Ik heb niet zoveel van die 'speciale' gewoontes, maar als iets juist en goed aanvoelt, dan blijf ik dat doen.

Laten we het even hebben over de covers op 'Blackwood': eerst 'Going to Brownsville'. Dit is terug te vinden op de live dvd, maar heb je het ooit op cd uitgebracht?
Ik heb het al eerder uitgebracht, op mijn debuutcd, die in 10 uur werd opgenomen en gemixt. Maar de cd is niet meer te krijgen, ze is uit productie. Veel fans hebben al naar dat lied gevraagd. En tijdens de opnames voor 'Blackwood' wou ik nog een bluescover doen. Ik had er al enkele uitgeprobeerd, maar ze klonken nooit goed genoeg. Tegen het einde van de avond vroeg ik aan Kjetil Ulland, de producer, of ik er nog ééntje kon proberen. En 'Going to Brownsville' paste perfect! De dvd versie is vlugger, maar op 'Blackwood' is de vibe dreigender. De vroegere versie was relaxter en trager.  
En je hebt de tekst wat aangepast, de Ry Cooder versie gaat als volgt: 'The woman I'm loving she's got long curly hair', en jouw versie gaat 'The woman I'm loving, her sister's got long curly hair'
Die aanpassing komt niet van mij maar van Corey Harris, een jonge zwarte Amerikaan. Ik hoorde hem voor het eerst in de jaren 90. Hij en Alvin Youngblood Heart doen ongeveer wat ik doe, en dat maakte me gelukkig, dat er eindelijk ook zwarten deze muziek speelden.
En dan 'Woodstock'. Wanneer heb je die song ontdekt? 
Jaren geleden al. Ik heb reeds verschillende Joni Mitchell versies gehoord. Door de jaren heen is haar stem veel veranderd. Toen ze jong was, zong ze redelijk hoog. Dat was mijn eerste kennismaking met 'Woodstock'. Maar de eerste versie ik ik echt goed vond, was een jazzversie door 'Tuck&Patti'. Ik denk dat de tekst nog steeds relevant is, zeker na wat er op 22 juli in Oslo en op Utøya gebeurd is. Veel mensen denken dat ik het daarom op de cd gezet heb, maar het was reeds eerder beslist. Ik wou mijn fans laten zien dat ik ook andere muziek kan spelen dan gewoon rock of een langere solo. 'Woodstock' was een experiment.

'In&Out' – Is het de eerste keer dat je een lied met gitaar en banjo opneemt?
Ik speel al 25 jaar banjo, maar dan op albums van anderen, nooit op mijn eigen cds. 'In&Out' is een meer geproducete song. We merkten dat het lied iets miste, en probeerden voet- en handgeklap, zelfs een sax. Maar niks klonk juist. Dus heb ik de banjo erbijgenomen, en toen klopte het plaatje. Ik was nieuwsgierig naar de mening van de platenmaatschappij, en zij waren heel enthousiast. Het was echt cool om banjo op mijn eigen plaat te spelen. Het is spijtig genoeg niet mogelijk dit live te brengen, want ik heb maar 2 handen. En bovendien werkt het lied niet met enkel de banjo. Met een banjo heb je ook nog een bas nodig om het ritme te houden. Als je fingerstyle speelt, zoals ik, kan je op een gitaar de bas met je duim spelen. Maar op een banjo staan geen bassnaren.

Op 'Same old Fool' en 'Blues for one' toon je mededogen met mensen die weigeren ouder te worden. 
Ik heb de tekst voor 'Blues for one' al een tijd geleden geschreven. Op een dag kwam ik een oude schoolvriend tegen. Maar ondanks het feit dat hij al ruim de 40 voorbij was toen, gedroeg hij zich nog steeds als een 18-jarige. Hij vond zichzelf nog steeds cool en zat achter de vrouwen aan. De volgende dag schreef ik dat lied. Er zijn veel zo'n mensen in Haugesund, zoals ex-sportslui, of muzikanten. Ze staan op een podium in strakke broek en proberen sexy te zijn. Maar het is redelijk zielig.

Ouder worden is een belangrijk aspect op dit album. Hoe voel jij dit aan?
Ik heb er geen problemen mee. Mijn dochter wou dat ik mijn baard afschoor, omdat ik grijs word, maar ik vind dat helemaal niet erg.
Maar je lacht er wel mee op het podium.
Ouder worden stoort me niet. Ik kan nu doen wat ik wil. Als je met jezelf lacht, dan is het niet zielig, maar juist grappig.
Let je op wat je eet?
Als ik thuis ben wel. Op tour is dat niet zo simpel, ik verlies altijd wel een paar kilo's on the road. In het verleden trainde ik veel, en moest ik opletten wat ik at. Veel proteinen bijvoorbeeld. Dat kan wel eens frusterend zijn. Maar nu eet ik normaal, en wanneer ik thuis ben probeer ik een 'laag' te kweken vooraleer ik op tour vertrek. Onderweg goed eten is niet altijd gemakkelijk, soms komen we laat in het hotel aan, en kunnen we niet meer in het restaurant eten. Dan stappen we maar vlug een McDonalds binnen, zodat ik niet van het podium afdonder. En ik probeer ook niet teveel te drinken.
Ik geloof dat je ook gestopt bent met roken?
Inderdaad, maar ik moet toegeven dat ik af en toe nog wel een sigaretje rook. Da's beter dan constant roken. Ik heb er geen problemen meer mee. Het is zoals kiezen voor een dessertje na het eten. Het kan, maar het hoeft niet. Roken is niet gezond, en ik voel me nu toch veel beter.

Wat trok je aan in de tekst van ‘Darkness’? Vond je het niet te deprimerend?
Niet echt, nee, maar het is wel een donkere tekst. En dat er geen refrein was, fascineerde me. Ik had al een instrumentaal lied dat ik wou gebruiken, en toen ik het voor Kjetil speelde en zong, was hij zeer verrast. Ik zing helemaal anders dan wat ik gewoon ben, het klinkt zelfs wat zoals Leonard Cohen of Nick Cave.

Heb je ooit covers gehoord van je eigen nummers?
Ja, en dat was best raar. Er staat een link op mijn Facebookfanpagina, iemand covert 'Accused'. En sommigen hebben 'Trains' ook al proberen te coveren. Ik vind dat echt wel cool, het streelt mijn ijdelheid een beetje wanneer ik die versies hoor, want ik ben nog altijd beter. Alhoewel, misschien mag ik dat niet zeggen, want ik heb zelf ook al veel gecoverd, en ik weet niet wat die artiesten daarvan vinden.

Je wordt bewierookt, mensen vertellen vaak wat voor een fantastisch artiest je bent. Maar wat vind je daar zelf van? Sta je op je hoogtepunt, of kan het nog beter?
Het kan altijd beter. Da's het enige waar ik zeker van ben, want ik hoor een verschil van concert tot concert. Ik denk niet dat ik nu op mijn hoogtepunt ben. Maar ik ben wel volwassener, mijn 'musicaliteit' groeit nog steeds. Fans vertellen me dat ik nu anders speel dan jaren geleden. Ik zal blijven gitaarspelen en optreden zolang ik er ook iets voor terugkrijg. Het is een levensstijl en ik voel dat ik verder moet ontwikkelen. Als het ooit zover komt, en ik zeg wel 'als', dat ik niet meer wil spelen, als ik voel dat ik niet meer verder ontwikkel, dan zal ik wel iets anders doen. Ik heb al gedacht om eens een sabbatjaar te nemen, of in een groep te spelen. Toeren is soms lastig. Maar de laatste 5 jaar heb ik een paar breaks gehad, ik kon dan gewoon thuis een 'normale' persoon zijn. Maar ik wil nog altijd toeren, ik hou enorm veel van spelen en het is nog altijd fascinerend om te zien hoe het publiek reageert. Of het nu een klein of groot publiek is. Dat is nog altijd een groot deel van het opwindende leven van een muzikant. Want ik wil dat het publiek reageert. Als ik achteraf geen reactie krijg, dan vraag ik me af of het wel een goed optreden was. Ik ben mijn grootste criticus. Ik kan niet beslissen wat de mood zal zijn in de zaal, maar ik kan wel proberen die te beïnvloeden. Want ik heb enkel mijn gitaren, mijn voet en een paar effectjes, ik heb niet zoveel te bieden, alleen mezelf en het feit dat ik zo goed mogelijk speel. 

Wat zou je doen moest het succes ophouden?
Eerst en vooral: ik noem het geen 'succes', ik noem het mijn 'carrière'. Een goede carrière, want ze gaat lichtjes bergop. Maar als ik geen cds meer kan uitbrengen of voor de mensen kan spelen, dan zou ik ermee stoppen. En wat zou ik dan doen? Ik heb veel geluk, ik heb een eigen huis en auto. In het verleden ben ik altijd voorzichtig omgesprongen met geld, ik heb een paar goede investeringen gedaan. Ik werk al jaren als muzikant en heb geen schulden, dus dat geeft me veel vrijheid. Bovendien heeft mijn vrouw haar eigen job. Dus stel dat ik niet solo zou spelen, dan zou ik waarschijnlijk deel uitmaken van een groep. Maar ook niet te lang, want toeren met een band is niet altijd leuk. En als dat ook niet werkt, dan zou ik waarschijnlijk iets anders doen in de muziekbusiness, want ik heb veel ervaring met goede en slechte managers. Ik kan misschien zelf een nieuwe groep managen. Maar dat kan ik niet doen zolang ik zelf speel,  er zouden teveel gemengde belangen zijn. Muzikant en manager op hetzelfde moment, dat is geen goede combinatie.

Op het podium ben je vaak grappig. Maar wil je dat ook wanneer je niet meer op het podium staat? Of word je liever alleen gelaten?
Ik vind het leuk om grappen te vertellen op het podium, om de situatie wat te verlichten, maar ik ben geen grote grapjas daarbuiten. Als je al zolang speelt als ik, en je hebt veel loyale fans, dan kunnen ze wel één en ander verdragen. Vroeger was ik anders. Ik zat gewoon op het podium en speelde, zonder naar het publiek te kijken. Misschien kondigde ik wel eens een nummer aan, maar daar bleef het bij. Zo'n 10 jaar geleden heb ik mijn mening herzien, omdat mensen graag willen geëntertaind worden, en ze willen weten of ik iets te zeggen heb. Maar eigenlijk heb ik helemaal niets belangrijks te zeggen, ik stel ze alleen op hun gemak. Ik plan ook niet wat ik zeg, ik verander mijn grapjes regelmatig.

Heel wat muzikanten zijn nerveus als ze moeten optreden. Zelfs ervaren artiesten. Hoe zit dat bij jou?
Ik ben niet echt nerveus. Maar ik ben wel opgewonden. Ik voel de opwinding in mijn lichaam, mijn lichaamstemperatuur stijgt lichtjes vooraleer ik op het podium stap. Ik hou enorm van dat gevoel, en moest dat verdwijnen, dan moet ik een nieuwe job vinden. Op een podium staan is niet zoals een normale job. Je moet dat speciale gevoel hebben, het 'ik heb een belangrijke vergadering die mijn toekomst gaat veranderen'-gevoel.

De Spellemannspris (= belangrijkste muziekprijs in Noorwegen). Wat verwacht je dit jaar?
Ik weet niet wat er gaat gebeuren. De genomineerden worden bekend gemaakt begin januari. Ik heb trouwens al twee awards, voor 'Illustrated Man' en 'Stringmachine'. Enkele jaren geleden heeft de Norwegian Blues Association het systeem om genomineerd te geraken, veranderd. Nu mogen alleen maar 'bluesmensen' stemmen voor artiesten in de de blueskategorie. Met als resultaat dat alleen 'pure' bluesartiesten nog winnen. Ik ben al een paar maal genomineerd geweest sindsdien, maar dat was alles. Als het nieuwe stemsysteem blijft, denk ik niet dat ik nog ga winnen. We zullen zien, ik ben al blij met de twee die ik heb.

Herinner je je eerste tattoo nog? En was er een speciale reden? Of niet?
Ik herinner het mij nog goed. Het was in 1989. Ik was op een motortripje in Denemarken met enkele vrienden. We stappen die tattooshop binnen, en ik had juist genoeg geld voor twee kleine tatoeages. Het resultaat was niet echt goed, later heb ik er een andere laten overzetten. De eerste grote tatoeage was op mijn rechterarm, nadat ik mijn deal met Warner gesloten had. Ik voelde mij de koning te rijk. Daarna liet ik mij tatoeëren na elke cd die ik maakte. Het was echt verslavend. Ik had mezelf beloofd een nieuwe tattoo te laten zetten na elke cd. Maar het is echt een drang die je moet kunnen bedwingen. Er kwam geen einde aan, maar nu ben ik ermee opgehouden. Genoeg is genoeg!
Hebben ze een bepaalde betekenis?
Niet echt. Het motief is niet belangrijk, het tatoeëren zelf heeft meer betekenis. Heel wat fans stellen me vragen over tattoos. En ik vertel hen altijd: je kan gelijk wat laten tatoeëren, maar ik heb maar één raad: denk er héél goed over na voor je begint, want het blijft bij je voor de rest van je leven. En nog iets: geen tattoos op je nek, je handen of in je gezicht.

Terug naar de muziek nu. Welke andere instrumenten speel je nog? En welk zou je nog onder de knie willen krijgen?
Ik bespeel de meeste snaarinstrumenten: banjo, mandoline, gitaar, basgitaar, ukelele, maar ik ben een verschrikkelijk slechte pianist. Op de piano speel je bas met je linkerhand, en de melodie met je rechter. En op een gitaar is het net andersom. Ik heb het geduld niet meer om nog piano te leren spelen. Als tiener, tussen mijn 16de en 19de, studeerde ik aan een soort muziekacademie. Het lijkt enorm op een normale middelbare studie, maar met extra's: muziekgeschiedenis, drama, dans, enz. Daar heb ik geleerd hoe je een orkest moet dirigeren, en ook hoe je nummers moet arrangeren. Momenteel is deze studierichting de meeste populaire in Noorwegen. Maar je hebt echt wel hoge punten nodig, en je moet een auditie afleggen, vooraleer je toegelaten wordt. Op het einde was ik 'juist' geslaagd. Het waren de drie ergste jaren van mijn leven. Iedereen wou dat ik dingen deed waar ik geen zin in had. En ik ontdekte ook na twee lessen dat mijn leraar klassieke gitaar slechter was dan ik! Ik vroeg een andere leraar, maar toen brak de hel los. Na die school ben ik volledig gestopt met spelen, en ben ik naar in de oliebusiness gestapt. Daar heb ik vijf jaar gewerkt. Ik speelde alleen nog maar op feestjes, niks ernstigs meer. Mijn interesse in de muziek kwam pas terug juist voor de geboorte van mijn zoon.

Wat betekent Noorwegen voor jou?
Het is een aangenaam en rijk land, maar voor mijn carrière vind ik het eerder een nadeel om een Noor te zijn. Het is nog altijd 'cooler' om van de US of de UK afkomstig te zijn als je niet echt beroemd bent. Mensen zijn vlugger geneigd naar groepen te gaan kijken die uit de US of de UK komen, dan uit Noorwegen.
Noorwegen is normaalgezien een heel veilig land. Maar zoals je weet, ontdekten we afgelopen zomer dat dat niet altijd zo is.
Hebben de gebeurtenissen van 22 juli de maatschappij veranderd?
Voor een tijdje wel, er was veel solidariteit, maar maar nu is business as usual.

Als laatste een vraag die ik op je website gevonden heb: wat maakt dat je muziek zo passioneel beleefd?
Dat is een heel moeilijke! Eén van mijn gitaarhelden, Knut Reiersrud, gaf me ooit de volgende raad: zolang je je best doet, en je het echt meent, kunnen ze je niet 'arresteren'. Toen ik jonger was, was ik een hele grote fan van Bob Dylan. Hij zag er goed uit, maar hij klonk raar, en zijn gitaarspel was nogal ongewoon. Ondanks al die dingen hielden de mensen van hem, en ze luisterden naar hem. Toen dacht ik: als hij het kan, met zijn rare stem en zijn speciaal gitaarspel, dan is er misschien ook een kans voor anderen. Dus dat is mijn filosofie: ik probeer altijd mijn best te doen. En als je iets doet dat je heel graag doet, zal er iets gebeuren, en de mensen zullen het appreciëren. Ik heb veel geluk met mijn loyale fans. Ze houden echt van mijn muziek, en ik doe mijn best om iets terug te geven. Ik probeer gewoon zo goed mogelijk te spelen. En als er iets in mij opkomt terwijl ik speel, een nieuwe gitaarlick of zo, dan probeer ik die gewoon uit. Ik doe dat ook voor mezelf. Dat is het goede aan alleen spelen, je kan doen wat je wil, er is niemand die zegt: 'dat is verkeerd, of dat is juist'.

Bedankt voor dit interview, en tot in januari 2012!
27 januari 2012 – AB Club Brussel
28 januari 2012 – N9 Eeklo

Kathy